het diagnostische en statistische Manual of Mental Disorders, vijfde editie (DSM-5) identificeert het gebruik van inhalatoren als “een problematisch gebruikspatroon van een inhalatiemiddel op basis van koolwaterstoffen dat leidt tot klinisch significante stoornissen of distress”, waarbij moet worden voldaan aan twee van de 12 specifieke kwalificaties die grotendeels betrekking hebben op stoornissen in de dagelijkse functie . Deze patiënt voldoet aan deze criteria, met zowel haar geschiedenis van difluorethaan misbruik en meest recente ziekenhuisopname Kwalificatie haar. Koolwaterstof-inhalatiemiddelen komen snel in het centrale zenuwstelsel terecht vanwege hun lipofiliciteit. Hier, stimuleren deze inhaleermiddelen gamma-aminoboterzuur (GABA) receptoren, veroorzakend remming in het centrale zenuwstelsel gelijkend op de gevolgen van ethanol . Dit kan euforie, desoriëntatie, agitatie en verminderd beoordelingsvermogen veroorzaken. Omdat euforie vaak wordt ervaren, wordt misbruik van difluorethaan geassocieerd met patiënten met anhedonie en andere depressieve symptomen, net als de patiënt van dit geval . Het zorgt voor een snelle high die op zijn beurt verdwijnt binnen een kwestie van minuten, waardoor het zowel zeer wenselijk en zeer gevaarlijk voor de misbruikers .

Acute bijwerkingen van difluorethaan inhalatie zijn onder meer bewustzijnsverlies, bevriezing op de mucosale oppervlakken, rabdomyolyse en wereldwijde myocardiale hypokinese. Bij de cardiale myocyt veranderen gefluoreerde koolwaterstoffen de kalium-en calciumstromen, wat leidt tot dysritmieën en verlengde atriale refractaire tijd . Deze effecten veroorzaken hartschade na acuut of chronisch gebruik. In een reeks gevallen ging het om sterfgevallen in een county in Californië, die plaatsvonden terwijl de overledenen dronken waren met difluorethaan. Gevallen waren onder meer bewustzijnsverlies tijdens het rijden, resulterend in dodelijke botsingen met motorvoertuigen, overlijden door zelfmoord en incidentele dood bij gezonde personen, waarschijnlijk met een plotselinge hartafwijking . Uit dit verslag blijkt dat misbruik van inhalatiemiddelen onmiddellijk gevaar oplevert.

door Inhalatiemiddel geïnduceerde psychotische stoornis wordt in de DSM-5 gedefinieerd als psychose met bewijs uit “voorgeschiedenis, lichamelijk onderzoek of laboratoriumbevindingen dat de tekorten etiologisch gerelateerd zijn aan de effecten van inhalatiemiddelen” . Lachgas is een stof die veel te maken heeft met inhalatie-geïnduceerde psychose . Het is bekend dat het vitamine B12-deficiëntie en acute psychose veroorzaakt die verdwijnt bij toediening van cobalamine . Er zijn weinig studies gepubliceerd die een andere inhalator, tolueen, impliceren tot acute inhalator-geïnduceerde psychose . Opties voor de behandeling van door inhalatiemiddelen geïnduceerde psychose zijn antipsychotica met anticonvulsiva, zoals respectievelijk haloperidol en carbamazepine, of onthouding en tijd met het verdwijnen van de symptomen die binnen twee weken optreden . In een prospectief onderzoek dat in Finland werd uitgevoerd, bleek chronisch misbruik van tolueen-inhalatiemiddelen in de adolescentie onafhankelijk geassocieerd te zijn met psychose later in het leven . Na grondig literatuuronderzoek presenteren we, naar beste weten, het eerste casusrapport van 1,1-difluorethaan-geïnduceerde psychose. De meeste mensen die difluorethaan gebruiken, zijn adolescenten en volwassen mannen . Dit is een volwassen vrouw. Haar beperkte psychotische symptomen verdwenen met antipsychotische behandeling. het toxicologisch onderzoek in de urine van onze patiënt testte positief op cannabis, en studies hebben aangetoond dat cannabis acute psychose veroorzaakt. Recente literatuur merkt op dat chronisch cannabisgebruik gerelateerd is aan psychose en schizofrenie later in het leven . Er zijn geen echte verwarrende variabelen gevonden, maar er is een verhoogd risico bij personen met een familiegeschiedenis van psychotische stoornissen en het eerste gebruik van cannabis op jongere leeftijd . Gegevens in een andere studie ondersteunen het idee dat cannabisgebruik het risico op het ontwikkelen van psychose niet verhoogt . Opgemerkt moet worden dat de psychose van onze patiënt acuut verbeterde binnen enkele dagen na het starten van de antipsychotische therapie. Dit ondersteunt het idee dat de acute psychose van onze patiënt waarschijnlijk niet te wijten was aan cannabisgebruik.

Deze nieuwe presentatie suggereert de noodzaak van verdere exploratie naar de diagnose en behandeling van koolwaterstofintoxicatie. Het standaard toxicologisch onderzoek van vandaag bevestigt geen misbruik van inhalatiemiddelen; daarom is het belangrijk om dit als bron te beschouwen wanneer een patiënt zich presenteert met veranderde mentale toestand en acute psychotische symptomen. Patiënten die difluorethaan misbruiken lopen een acuut risico op hartfalen en vroegtijdige identificatie kan levensreddend zijn. Daarom moet bij patiënten met onverklaarbare psychose een klinisch vermoeden van difluorethaanvergiftiging worden gehandhaafd om een cruciale en tijdsgevoelige diagnose niet te missen.